Arts >> Kunst en amusement >  >> muziek >> orkesten

Waar komt het orkest vandaan?

Het concept van een orkest, als een groot ensemble van samenspelende instrumentalisten, ontstond in de 16e eeuw in Europa, met name in Italië, en verspreidde zich geleidelijk over de westerse wereld. De term 'orkest' vindt zijn oorsprong in het oude Griekenland, waar het werd gebruikt om te verwijzen naar het halfronde gebied voor het podium in een theater.

Tijdens de Renaissance begon instrumentale muziek te bloeien tijdens religieuze ceremonies, hoofs amusement en gemeentelijke festiviteiten. Gedurende deze tijd waren kleine ensembles die bekend stonden als 'consortensembles', met een mix van instrumenten zoals violen, blokfluiten en luiten, gebruikelijk.

In de 16e eeuw begonnen Italiaanse componisten als Giovanni Gabrieli en Claudio Monteverdi te experimenteren met grotere ensembles, waarbij ze verschillende instrumenten en vocalisten combineerden. Deze combinatie legde de basis voor het barokorkest, dat een cruciaal element was in opera's en religieuze muziek.

Tegen het einde van de 17e eeuw was het orkest een veelzijdig ensemble geworden, dat talrijke instrumenten omvatte, zoals violen, altviolen, cello's, contrabassen, fluiten, hobo's, trompetten, trombones en meer. Bovendien standaardiseerde de Italiaanse componist Arcangelo Corelli instrumentale groeperingen, waarmee hij het model vormde voor de strijkerssectie met eerste en tweede violen, altviolen en cello's.

Het concept van het orkest bleef zich in de daaropvolgende perioden ontwikkelen, waarbij grote componisten als Wolfgang Amadeus Mozart, Ludwig van Beethoven en Johannes Brahms het orkestrale palet tijdens de klassieke en romantische tijdperken uitbreidden en verfijnden.

Het is belangrijk op te merken dat hoewel de wortels van het orkest in de westerse klassieke muziek liggen, de term ook in andere muziekgenres, zoals jazz en populaire muziek, wordt gebruikt om te verwijzen naar grote ensembles van instrumentalisten.

orkesten

Verwante categorieën