* Atomische structuur: Metalen hebben een unieke structuur waar hun buitenste elektronen losjes gebonden zijn en gemakkelijk vrij door het materiaal kunnen bewegen. Deze "vrije elektronen" zijn verantwoordelijk voor het uitvoeren van warmte en elektriciteit. Niet -metalen hebben daarentegen strak gebonden elektronen die gelokaliseerd zijn in individuele atomen.
* binding: Metalen vormen meestal metaalbindingen, waarbij elektronen worden gedeeld in een zee van gedelokaliseerde elektronen. Dit zorgt voor eenvoudige elektronenbeweging. Niet -metalen vormen covalente bindingen, waarbij elektronen worden gedeeld tussen specifieke atomen, die vrije elektronenbewegingen belemmeren.
Uitzonderingen:
Hoewel de meeste niet -metalen slechte geleiders zijn, zijn er enkele uitzonderingen:
* grafiet: Een vorm van koolstof, heeft een gelaagde structuur met vrije elektronen binnen elke laag, waardoor het een goede geleider van elektriciteit is.
* silicium en germanium: Deze metalloïden zijn halfgeleiders, wat betekent dat ze elektriciteit beter leiden dan niet -metalen maar niet zo goed als metalen. Hun geleidbaarheid kan worden gemanipuleerd door onzuiverheden toe te voegen, waardoor ze van vitaal belang zijn in elektronica.
Samenvattend:
Niet -metalen zijn over het algemeen slechte geleiders vergeleken met metalen vanwege hun verschillende atoomstructuur en binding. Hoewel sommige niet -metalen uitzonderlijke geleidbaarheid vertonen, zijn ze nog steeds veel minder geleidend dan metalen in het algemeen.