Het is niet gebonden aan een zichtbare bron in de film. De partituur van een film is bijvoorbeeld een vorm van niet-diegetisch geluid. Het wordt niet gehoord door de personages in de film, maar wordt tijdens de postproductie toegevoegd om de ervaring van de kijker te verbeteren. Andere voorbeelden van niet-diegetisch geluid zijn geluidseffecten, voice-overs en muziek.
Hier zijn enkele specifieke voorbeelden van niet-diegetisch geluid:
- Een gesproken commentaar geeft achtergrondinformatie over de personages of gebeurtenissen in de film.
- Er wordt gebruik gemaakt van een geluidseffect, zoals een donderslag, om sfeer te creëren of een moment van spanning te onderstrepen.
- Muziek wordt gebruikt om de sfeer of toon van een scène te bepalen, of om een gevoel van drama of opwinding te creëren.
Niet-diegetisch geluid is een belangrijk hulpmiddel dat filmmakers kunnen gebruiken om het vertellen van verhalen te verbeteren en een meer meeslepende ervaring voor het publiek te creëren.