* Verbazingwekkend: Op een verrassende of onverwachte manier.
* welwillend: Op een vriendelijke of liefdadige manier.
* Voorzichtig: Op een zorgvuldige of verstandige manier.
* Sluw: Op een slimme of bedrieglijke manier.
* Opzettelijk: Op een opzettelijke of met voorbedachten rade manier.
* Wanhopig: Op een hopeloze of extreme manier.
* Enthousiast: Op een ijverige of gepassioneerde manier.
* Vreeselijk: Op een bange of timide manier.
* Vurig: Op een gepassioneerde of vurige manier.
* In paniek: Op een wilde of waanzinnige manier.
* Dankbaar: Op een dankbare of waarderende manier.
* Hebzuchtig: Op een egoïstische of hebzuchtige manier.
* Gelukkig: Op een tevreden of vreugdevolle manier.
* Haastig: Op een gehaaste of gehaaste manier.
* Hopelijk: Op een hoopvolle of optimistische manier.
* Onschuldig: Op een onschuldige of nietsvermoedende manier.
* Oplettend: Gefocust of aandachtig.
* Lui: Op een luie of nutteloze manier.
* Luid: Op een luide of luidruchtige manier.
* Liefdevol: Op een liefdevolle of aanhankelijke manier.
* kwaadwillig: Op een kwaadaardige of schadelijke manier.
* Gelukkig: Op een barmhartige of meelevende manier.
* Natuurlijk: Op een natuurlijke of normale manier.
* Nerveus: Op een nerveuze of angstige manier.
* Geduldig: Op een geduldige of verdraagzame manier.
* Perfect: Op een perfecte of foutloze manier.
* Speels: Op een speelse of sportieve manier.
* Beleefd: Op een beleefde of hoffelijke manier.
* Positief: Op een positieve of bevestigende manier.
* Onmiddellijk: Op een snelle of tijdige manier.
* Rustig: Op een rustige of geruisloze manier.
* Snel: Op een snelle of snelle manier.
* Roekeloos: Op een roekeloze of onzorgvuldige manier.
* Helaas: Op een spijtige of berouwvolle manier.
* Met tegenzin: Op een onwillige of onwillige manier.
* Resoluut: Op een vastberaden of vastberaden manier.
* Stiekem: Op een geheime of verborgen manier.
* Verstandig: Op een verstandige of redelijke manier.
* Serieus: Op een serieuze of plechtige manier.
* Zacht: Op een zachte of zachte manier.
* Plotseling: Op een plotselinge of onverwachte manier.
* Verrassend: Op een verrassende of onverwachte manier.
* Verdacht: Op een verdachte of wantrouwende manier.
* Teder: Op een tedere of aanhankelijke manier.
* Doodsbang: Op een bange of geschokte manier.
* Doordacht: Op een doordachte of attente manier.
* Schuchter: Op een timide of verlegen manier.
* Vermoeiend: Op een vermoeiende of uitputtende manier.
* Vrijwillig: Op vrijwillige of gewillige wijze.
Dit zijn slechts enkele van de vele bijwoorden die in Oliver Twist worden gebruikt. Door deze bijwoorden te gebruiken, kan de auteur details en nuance aan zijn schrijven toevoegen en een levendigere en meeslepende ervaring voor de lezer creëren.