Bijvoorbeeld,
A. Romeo:
- "Hij maakt grapjes over littekens die nooit een wond hebben gevoeld." (Act 2, Scène 2)
Deze verklaring onthult Romeo's idealistische en jeugdige karakter. Hij toont meer bezorgdheid over de liefde dan over de gewelddadige gevolgen die deze met zich mee kan brengen.
B. Julia:
- "O Romeo, Romeo! Waarom ben jij Romeo?" (Act 2, Scène 2)
Julia's uitroep toont haar passie en diepe genegenheid voor Romeo en weerspiegelt haar intens romantische karakter.
C. Mercutio:
- "Een plaag voor jullie beide huizen!" (Act 3, Scène 1)
De verklaring van Mercutio onderstreept zijn minachting en frustratie over de voortdurende vete tussen de Montagues en Capulets. Het betekent zijn verzet tegen de destructieve gevolgen van dergelijke conflicten.
D. Verpleegkundige:
- "Je was de mooiste baby die ik ooit heb verzorgd." (Act 1, Scène 3)
De herinnering van de Verpleegster aan Juliet als baby duidt op haar verzorgende persoonlijkheid en genegenheid voor Juliet.
e. Broeder Laurence:
- "Deze gewelddadige geneugten hebben gewelddadige doeleinden." (Act 2, Scène 6)
De waarschuwing van broeder Laurence weerspiegelt zijn wijsheid en vooruitziende blik. Het is een voorafschaduwing van de tragische gebeurtenissen die de jonge geliefden zullen overkomen vanwege hun impulsieve acties.
Door directe karakterisering biedt Shakespeare waardevolle inzichten in de persoonlijkheden, motivaties en conflicten van zijn personages, waardoor ons begrip van het verhaal en de reizen van de personages wordt verrijkt.