Wat waren de gevoelens tegenover Macbeth als koning?

Macbeths beklimming van de troon stuitte op gemengde gevoelens bij de Schotse bevolking. Sommigen verheugden zich over de verandering in leiderschap en zagen Macbeth als een sterke en bekwame heerser die vrede en welvaart voor het koninkrijk zou verzekeren. Anderen waren voorzichtiger, op hun hoede voor Macbeths meedogenloze ambitie en de methoden waarmee hij de macht had verworven. Weer anderen bleven fel loyaal aan de vorige koning, Duncan, en hadden een hekel aan Macbeths usurpatie van de troon.

Deze contrasterende gevoelens komen duidelijk tot uiting in de reacties van de verschillende personages in het stuk. Macduff, een edelman die dicht bij Duncan stond, staat bijvoorbeeld openlijk vijandig tegenover Macbeth en smeedt plannen om hem omver te werpen. Andere personages, zoals Banquo, zijn echter meer bereid Macbeth als koning te accepteren en hem loyaal te dienen. Ook het gewone volk is verdeeld in hun meningen; sommigen spreken hun steun uit voor Macbeth, terwijl anderen openlijk zijn legitimiteit in twijfel trekken.

Over het geheel genomen wordt het koningschap van Macbeth gekenmerkt door een gevoel van onbehagen en spanning, aangezien verschillende facties strijden om macht en de loyaliteit verdeeld is. Deze staat van onrust vormt het decor voor de tragische gebeurtenissen die zich gedurende het stuk zullen ontvouwen.