Ze komen de kerk tegen, die wordt beschreven als een ‘kerk met een wit frame’ met een ‘dakpannentoren’ en een ‘kruis erop’. Ze kiezen ervoor om de kerk binnen te gaan omdat ze geloven dat het een toevluchtsoord zal zijn dat hen bescherming biedt tegen de buitenwereld en de politie.
In de kerk vinden Ponyboy en Johnny troost en een gevoel van vrede. Ze praten over hun leven en hun vriendschap, en delen hun dromen voor de toekomst. De kerk wordt voor hen een tijdelijk toevluchtsoord in tijden van crisis.