- Hij en Banquo keren als overwinnaar terug van een gevecht en worden met lof begroet door koning Duncan.
- Macbeth bewijst snel zijn waarde door de kwaadaardige Thane van Cawdor te verslaan en te doden, en Duncan maakt hem de nieuwe Thane.
- Macbeth is duidelijk ambitieus en hongerig naar macht, maar hij is ook loyaal aan Duncan en dankbaar voor zijn gunst.
Tegen het einde van Act 1 heeft Macbeth echter een aanzienlijke verandering ondergaan.
- De profetieën van de heksen hebben het zaadje van ambitie in zijn geest geplant, en hij begint te overwegen Duncan te vermoorden om koning te worden.
- Hij wordt verscheurd tussen zijn loyaliteit aan Duncan en zijn verlangen naar macht, en hij ervaart schuldgevoelens en wroeging over de gedachte hem te vermoorden.
- Zijn interne strijd komt duidelijk naar voren in de beroemde monoloog:‘Als het gedaan zou zijn, wanneer het gedaan is’, waarin hij de voor- en nadelen van moord tegen elkaar afweegt.
Over het geheel genomen introduceert de eerste scène van het stuk Macbeth als een nobele en eervolle soldaat, maar tegen het einde van Act 1 is hij een meedogenloze en ambitieuze moordenaar geworden. Deze verandering is het resultaat van de profetieën van de heksen en Macbeths eigen verlangen naar macht.