Morfemische analyse kan worden gebruikt om het stamwoord van een woord te identificeren, evenals eventuele voorvoegsels die aan het woord zijn toegevoegd. Het grondwoord van het woord 'ongemakkelijk' is bijvoorbeeld 'troost', en de achtervoegsels zijn 'un-' en '-able'. Het achtervoegsel "un-" geeft aan dat het woord het tegenovergestelde is van "comfortabel", en het achtervoegsel "-able" geeft aan dat het woord een bijvoeglijk naamwoord is.
Morfemische analyse kan ook worden gebruikt om homografen te identificeren, dit zijn woorden die hetzelfde zijn gespeld maar verschillende betekenissen hebben. Het woord 'bank' kan bijvoorbeeld een zelfstandig naamwoord zijn (een financiële instelling) of een werkwoord (kantelen of hellen). De morfemische analyse van 'bank' als zelfstandig naamwoord is 'bank', terwijl de morfemische analyse van 'bank' als werkwoord 'bank + s' is. Het morfeem "s" geeft aan dat het woord een werkwoord is.