1. Adagio: Zeer langzaam
2. Graf: Extreem langzaam, plechtig
3. Groot: Breed, langzaam
4. Lento: Langzaam
5. Adagio non troppo: Niet te langzaam, maar ook niet snel
6. Andante: Matig, stapvoets
7. Andante moderato: Matig langzaam
8. Moderator: Gematigd
9. Allegro non troppo: Niet te snel, maar ook niet langzaam
10. Allegro: Snel
11. Levendigheid: Levendig, snel, geanimeerd
12. Presto: Zeer snel, snel
13. Prestissimo: Extreem snel
Aanvullende markeringen:
- Versnelling: Geleidelijk de snelheid verhogen
- Ritardando: Geleidelijk aan vertragen
- Rubato: Vrij, enigszins flexibele timing
- Een tempo: Keer na een tempoafwijking terug naar het oorspronkelijke tempo
Tempodynamiek helpt bij het creëren van expressieve muziekuitvoeringen door de juiste sfeer, sfeer en emotionele diepgang aan het stuk te geven. Ze dienen als routekaart voor muzikanten en begeleiden hun interpretatie en uitvoering om een samenhangende muzikale ervaring te bereiken.