1. Stel uw instrument in
- Begin in een comfortabele zittende positie met uw altviool op uw schouder en uw strijkstok in de hand.
- Houd uw altviool vast met uw linkerhand en vorm met uw duim en wijsvinger een "C"-vorm om de nek van het instrument te ondersteunen.
- Houd de strik in uw rechterhand, plaats uw wijsvinger en middelvinger op het haar en laat de duim op de kikker boven het leer rusten.
2. Leer de noten en vingerplaatsingen
- Het stuk is geschreven in de toonsoort C, en hieronder staan de noten en vingerplaatsingen voor altviool.
- "Over the Rainbow" begint met de noten G (2e vinger), A (3e vinger) en B (4e vinger) op de D-snaar.
- Dit wordt gevolgd door C (1e vinger), D (2e vinger) en E (3e vinger) die een octaaf hoger worden gespeeld op de A-snaar.
3. Oefen de melodie en begeleiding
- Begin met het langzaam spelen van de melodie, noot voor noot.
- Concentreer u op het produceren van een helder, vloeiend geluid en het oefenen van de overgang van de ene noot naar de andere.
- Verhoog geleidelijk het tempo en oefen met het meespelen met de begeleiding op de achtergrond.
4. Voeg emotie en expressie toe
- "Over the Rainbow" is een oprecht en emotioneel nummer, dus zorg ervoor dat je je eigen muzikale interpretatie aan de uitvoering toevoegt.
- Experimenteer met verschillende buigingen, dynamiek en frasering om het sentiment van het nummer uit te drukken.
5. Prestaties
- Zodra u zich op uw gemak voelt bij het stuk, sta op en voer 'Over the Rainbow' uit.
- Wees zelfverzekerd en projecteer het geluid van uw altviool naar uw publiek.
- Vergeet niet om verbinding te maken met de muziek en je emoties je optreden te laten leiden.