- De adel:Leden van de aristocratie, waaronder de koninklijke familie, woonden vaak theatervoorstellingen bij als een vorm van amusement en bescherming. De toneelstukken van Shakespeare stonden bekend om hun vermogen om zowel de hogere als de lagere smaak aan te spreken.
- Gentry en rijke kooplieden:De welgestelde klassen van de samenleving, waaronder landeigenaren en succesvolle kooplieden, bezochten ook het theater. Ze brachten een aanzienlijke koopkracht met zich mee en vertegenwoordigden een belangrijk segment van het publiek.
- Professionals:opgeleide professionals, advocaten, artsen en intellectuelen vormden een ander deel van het theaterbezoekende publiek. Ze waardeerden de literaire en intellectuele kwaliteiten van Shakespeares werken.
- Bekwame ambachtslieden en handelaars:bekwame ambachtslieden en leden van de koopmansklasse voegden zich bij het publiek om de levendige en boeiende uitvoeringen van de toneelstukken te ervaren.
- Leerlingen, bedienden en arbeiders:Leerlingen, bedienden en arbeiders uit verschillende beroepen vormden een groot deel van de bezoekers van het theater. Ze zochten betaalbaar vermaak in hun vrije tijd.
- Buitenlandse bezoekers en toeristen:Londen trok bezoekers uit andere landen, waaronder kooplieden en reizigers die het culturele aanbod van de stad kwamen ervaren, waaronder theatervoorstellingen.
Het is belangrijk op te merken dat hoewel het publiek breed en divers was, de daadwerkelijke theaters vaak ruige etablissementen waren met minimaal comfort en basisvoorzieningen. Niettemin droeg Shakespeares vermogen om mensen met verschillende achtergronden en sociale lagen te boeien bij aan zijn blijvende populariteit en erkenning als meesterlijke toneelschrijver.