In Wagners Gesamtkunstwerk werden alle elementen van de artistieke creatie zorgvuldig geïntegreerd om elkaar te versterken en te versterken. Muziek speelde een centrale rol, maar was verweven met andere artistieke componenten om een multi-zintuiglijke en alomvattende ervaring voor het publiek te creëren.
Het doel van Gesamtkunstwerk was om de beperkingen van individuele kunstvormen te overstijgen en een hoger niveau van artistieke expressie te bereiken. Wagner geloofde dat hij door het combineren van verschillende artistieke elementen een krachtigere en emotioneel impactvollere ervaring kon creëren die het publiek zou boeien en hen naar de wereld van het kunstwerk zou transporteren.
Gesamtkunstwerk werd een fundamenteel principe in Wagners opera's, vooral in zijn latere werken als 'De Ring van de Nibelungen' en 'Parsifal'. Deze werken toonden zijn innovatieve benadering van het combineren van muziek, drama en visuele elementen, zoals uitgebreide podiumontwerpen en verlichting, om meeslepende theatrale ervaringen te creëren.
Wagners concept van Gesamtkunstwerk had een diepgaande invloed op de ontwikkeling van opera en andere kunstvormen aan het einde van de 19e en het begin van de 20e eeuw. Het inspireerde andere kunstenaars en stromingen, zoals de symbolistische beweging en het Bauhaus, om soortgelijke ideeën te onderzoeken over het combineren en synthetiseren van verschillende artistieke elementen om holistische en multidimensionale kunstwerken te creëren.