1. The Cowboy:
* Mythe van de Lone Ranger: Films bevatten vaak eenzame cowboys, geromantiseerd als ruige individuen, rijdend naar de stad om de dag te redden. In werkelijkheid werkten de meeste Cowboys als onderdeel van een ranchploeg, na een strikte dagelijkse routine.
* Hyperbolische vaardigheden: Cowboys werden afgebeeld als bekwame scherpschutters, deskundige ruiters en onverschrokken jagers, die vaak bezig zijn met onrealistische shootouts. De realiteit was veel alledaags, met de meeste cowboys die zich richten op het hoeden van vee, het herstellen van hekken en het doen van klusjes.
2. De Indiaan:
* Afgebeeld als wilden: Indianen werden vaak afgebeeld als brutale antagonisten, belemmerden westwaartse expansie en stonden in de weg van 'beschaving'. Deze weergave negeerde de diversiteit van Indiaanse culturen en hun complexe interacties met kolonisten.
* gereduceerd tot stereotypen: Films portretteerden vaak inheemse Amerikanen met overdreven gezichtskenmerken en kleding, waarbij negatieve stereotypen worden versterkt.
3. The Frontier Life:
* Harde arbeid en armoede: De realiteit van het grensleven was gevuld met zware arbeid, armoede en ontberingen. De films bagatelliseerden de harde realiteit van Frontier Life, gericht op avontuur en opwinding.
* het "Wilde West": Films beeldden het Westen vaak af als een wetteloze, chaotische grens met frequente vuurgevechten en salon vechtpartijen. Dit keek over de inspanningen van wetshandhaving en de ontwikkeling van steden en gemeenschappen.
4. Historische nauwkeurigheid:
* Anachronismen: Films bevatten vaak anachronistische technologieën en gebruiken, waarbij de technologische vooruitgang en sociale veranderingen die tijdens het tijdperk plaatsvonden, negeerden.
* vereenvoudigde verhalen: De complexe sociale, politieke en economische realiteit van het Westen werden vaak vereenvoudigd in simplistische verhalen over goed versus kwaad.
5. De "mythe" van het westen:
* Nationale identiteit opbouwen: Het westerse genre speelde een sleutelrol bij het construeren van de mythologie van het Amerikaanse Westen, met de nadruk op thema's van individualisme, zelfredzaamheid en grensgeest. Deze thema's hielpen de Amerikaanse nationale identiteit vorm te geven.
Conclusie:
Terwijl films en romans van de jaren 1940 en 1950 een spannende ontsnapping boden en bijdroegen aan de Amerikaanse populaire cultuur, mogen ze niet worden beschouwd als nauwkeurige afbeeldingen van het echte Amerikaanse Westen. Hun geromantiseerde portretten van cowboys, indianen en grensleven verdoezelen de complexe realiteit van deze historische periode.