* Gebrek aan vocht: Vocht is de primaire boosdoener in de verslechtering van marmer. Water kan sijpelen in de poriën van het marmer en bevriezen, uitbreiden en scheuren veroorzaken. Dit proces, bekend als vorstverwering, kan het standbeeld in de loop van de tijd aanzienlijk beschadigen. Woestijnen zijn extreem droge omgevingen, waardoor het risico op vorstverwering en andere watergerelateerde schade wordt geminimaliseerd.
* Verminderde chemische reacties: Regenwater, met name in vervuilde gebieden, is vaak zuur. Deze zure regen kan reageren met het calciumcarbonaat in marmer, wat een chemische reactie veroorzaakt die het oppervlak erodeert. Het gebrek aan regen in een woestijnomgeving vermindert dit chemische verweringsproces aanzienlijk.
* Beperkte biologische activiteit: Micro -organismen zoals algen, korstmos en schimmels gedijen in vochtige omgevingen en kunnen bijdragen aan de afbraak van marmer. Deze organismen geven zure verbindingen vrij die de steen kunnen eroderen. De droge omstandigheden van een woestijn beperken de groei van deze organismen, waardoor biologische verwering wordt vertraagd.
* Temperatuurextremen: Hoewel woestijnen extreme temperatuurschommelingen ervaren, zijn deze variaties niet zo schadelijk voor marmer als die in meer vochtige omgevingen. De snelle temperatuurverschuivingen kunnen expansie en samentrekking in de steen veroorzaken, wat leidt tot scheuren en schilfering. De droge lucht in een woestijn zorgt echter voor een betere ventilatie, waardoor de effecten van temperatuurveranderingen worden verzacht.
Conclusie: De combinatie van laag vocht, beperkte chemische reacties, verminderde biologische activiteit en gematigde temperatuurschommelingen maakt een droge woestijnomgeving ideaal voor het behoud van marmerbeelden.