Wanneer hem wordt gevraagd naar zijn vrouw, Martha Corey, uit Giles zijn bezorgdheid over haar. Hij zegt dat ze 'klaagt over pijn in haar zij. En dat ze niet goed slaapt.' Hij vreest dat ze betoverd is, net als vele anderen in Salem. John Proctor, een ander personage in het stuk, uit ook zijn bezorgdheid over Martha en beschrijft haar als "een goede vrouw" en "een onschuldige vrouw".
Giles Corey wordt later een van de verdachten in de heksenprocessen in Salem. Hij weigert een pleidooi in te dienen, wetende dat als hij dat doet, zijn eigendommen in beslag zullen worden genomen. Hij wordt uiteindelijk ter dood gedwongen en weigert zijn hekserij te bekennen. Zijn standvastigheid ondanks tegenspoed getuigt van zijn sterke karakter en zijn geloof in gerechtigheid.