Problemen:
* vaag: "Figuratieve taal" is een brede term. Het specificeren van het type figuratieve taal zou de zin informatiefer maken.
* dubbelzinnig: "Patty voelt over haar karakterisering" is onduidelijk. Voelt Patty zich gelukkig, verdrietig, boos of iets anders over hoe ze wordt afgebeeld?
Verbeterde versies:
* "De auteur gebruikt * metaforen * om Patty's * frustratie * met haar karakterisering over te brengen." (Deze versie specificeert de figuurlijke taal en de emotie van Patty.)
* "De auteur gebruikt * personificatie * om te illustreren hoe * verkeerd begrepen * Patty voelt door haar karakterisering." (Deze versie verduidelijkt de figuratieve taal en het gevoel van Patty.)
om de zin nog beter te maken:
* Context bieden. Wat is de specifieke passage of instantie van figuratieve taal waarnaar u verwijst?
* Leg de verbinding uit. Hoe verbindt de figuurlijke taal zich met de gevoelens van Patty?
Door deze details toe te voegen, zal uw zin informatiever en overtuigend zijn.