De Mahabharata vertelt het verhaal van de strijd om de troon van het koninkrijk Hastinapura tussen twee groepen neven, de Pandava's en de Kaurava's. De Pandava's zijn de vijf zonen van koning Pandu, terwijl de Kaurava's de honderd zonen zijn van koning Dhritarashtra, Pandu's blinde oudere broer.
Het hoofdverhaal begint wanneer de Kaurava's, geleid door hun oudste broer Duryodhana, de troon van Hastinapura grijpen, die terecht toebehoort aan de Pandava's. De Pandava's worden tot ballingschap gedwongen, en het epos vertelt hun strijd en beproevingen tijdens hun ballingschap en hun uiteindelijke terugkeer naar Hastinapura om hun rechtmatige erfenis op te eisen.
De oorlog is een strijd tussen goed en kwaad, en het verhaal is gevuld met complexe karakters, morele dilemma's en filosofische leringen. De Mahabharata onderzoekt thema's als dharma, karma, liefde, haat, loyaliteit, verraad en de complexiteit van de menselijke natuur. Het is een groots verhaal van de conflicten en oplossingen tussen families, samenlevingen en naties.
Het epos bevat ook veel subplots, verhalen en filosofische gelijkenissen, waarvan de bekendste de Bhagavad Gita is, een filosofische verhandeling tussen Arjuna en zijn wagenmenner, Heer Krishna, over de aard van het leven, plicht en de ultieme realiteit. .