Hiermee bedoelt hij dat het geloof in zichzelf en het eigen potentieel de belangrijkste en meest fundamentele vorm van geloof is. Het is het fundament waarop alle andere vormen van geloof zijn gebouwd.
Whitman geloofde dat ieder individu het potentieel heeft voor grote dingen, en dat het onze plicht is om onze eigen unieke gaven te ontdekken en te ontwikkelen. Hij geloofde ook dat we vertrouwen moesten hebben in de goedheid van de mensheid en het potentieel voor vooruitgang en verbetering in de wereld.