Waar varkens hoog vliegen en noedels verrukking brengen,
Er ontvouwt zich een verhaal, van smaken zo divers,
Regendruppels worden een culinair vers.
Vanuit de hemel verschijnt naar varkensvlees geurende regen,
Uitharden van spek uit door de wolken gedragen fineer.
Roze luchten gloeien met een zinderende hitte,
Terwijl de worsten vallen, een hartige traktatie.
Te midden van deze varkensbui nemen noedels hun vlucht,
Naar beneden spiraalsgewijs als linten van tarweverrukking,
Tot in de perfectie bereid, een veerkrachtige uitstraling,
De lucht vult zich met een geurige, heerlijke uitstraling.
Op trottoirs en daken wordt een feest geboren,
Regenende varkens en noedels, een symfonie van varkensvlees.
Kinderen dansen en lachen in deze surrealistische scène,
Het vangen van de hartige cadeautjes, een ongeziene vreugde.
Paraplu's veranderen in culinaire schilden,
Een schild tegen deze varkens- en noedelcascade,
Kleding beschermen tegen de smakelijke overstroming,
Terwijl deze vreemde maaltijd de harten vult met voedsel.
De stad verheugt zich, verenigd door deze smaak,
In een wereld waar regenende varkens en noedels worden omarmd,
Een eigenzinnig wonder dat pure vrolijkheid brengt,
Een feest van eigenzinnigheid, voor de hele wereld zichtbaar.
Als je nu in een zo vreemd land terechtkomt,
Waar varkens en noedels regenen, omarm gewoon de verandering.
Duik in de overvloed die de natuur biedt,
En geniet van de regen, waar eigenzinnigheid woont.