Shakespeare werd in 1564 geboren in Stratford-upon-Avon, Engeland. Hij kwam uit een middenklassegezin en zijn vader was een succesvol zakenman. Shakespeare ging naar het gymnasium, waar hij een klassieke opleiding kreeg, waaronder de studie van Latijn, Grieks en retoriek. Hij las ook veel zelf, en hij was vooral geïnteresseerd in geschiedenis, poëzie en drama.
In 1585 verliet Shakespeare Stratford-upon-Avon en verhuisde naar Londen. Hij begon te werken als acteur en begon ook toneelstukken te schrijven. Zijn eerste toneelstukken waren niet erg succesvol, maar geleidelijk verbeterde hij zijn vakmanschap. Tegen het einde van de jaren 1590 was hij een van de meest populaire en succesvolle toneelschrijvers in Londen.
De toneelstukken van Shakespeare werden opgevoerd in theaters in heel Londen, en ze werden ook gelezen door mensen van alle sociale klassen. Hij schreef over een breed scala aan onderwerpen, waaronder liefde, verlies, verraad, hebzucht en ambitie. Zijn toneelstukken zitten vol prachtige taal, gedenkwaardige karakters en inzichten in de menselijke natuur.
Shakespeares talent als schrijver wordt al eeuwenlang geprezen door critici en publiek. Hij wordt beschouwd als een van de grootste schrijvers in de Engelse literatuur, en zijn toneelstukken worden nog steeds over de hele wereld opgevoerd en gelezen.