Vorsten als beschermheren:
Monarch:Koningin Elizabeth I
In de tijd van Shakespeare was de monarch van Engeland, koningin Elizabeth I, een opmerkelijke beschermheer van de kunsten, inclusief theater en literatuur. Ze had een grote interesse in podiumkunsten en ondersteunde actief theatervoorstellingen. Deze koninklijke bescherming hielp de status van het theater en zijn beoefenaars te verhogen.
Voordelen voor artiesten:
- Financiële steun:Patrons boden financiële steun aan kunstenaars, waardoor ze hun creatieve inspanningen konden voortzetten zonder zich zorgen te hoeven maken over onmiddellijke financiële zorgen.
- Sociale status:Het beschermheerschap van een hooggeplaatst individu, zoals een monarch, verbeterde de sociale status en reputatie van kunstenaars. Het bracht hen erkenning en aanzien binnen hun vakgebied.
- Toegang tot hulpbronnen:opdrachtgevers boden vaak toegang tot hulpbronnen, zoals bibliotheken, dure materialen of andere faciliteiten, die essentieel waren voor artistieke creatie.
- Optredensmogelijkheden:Voor acteurs en theatergezelschappen zou koninklijk patronaat kunnen leiden tot mogelijkheden om aan het hof of onder auspiciën van de monarchie op te treden, waardoor hun zichtbaarheid en populariteit toeneemt.
De ervaring van Shakespeare:
- Acteursgezelschap:Shakespeare maakte deel uit van de Lord Chamberlain's Men, een theatergezelschap dat later bekend werd als de King's Men nadat ze een koninklijk bevel kregen van koning James I. Dankzij dit officiële beschermheerschap konden ze optreden aan het hof en het koninklijk wapen gebruiken in hun promotiemateriaal.
- Optredens aan het hof:Shakespeare's toneelstukken werden talloze malen aan het hof opgevoerd, wat erop wijst dat hij banden had met de adel en koninklijke kringen.
- Toewijdingen:Sommige werken van Shakespeare waren opgedragen aan invloedrijke edellieden en beschermheren, zoals "Venus en Adonis" opgedragen aan Henry Wriothesley, 3de Graaf van Southampton.
Over het geheel genomen was het patronagesysteem, inclusief het patronaat van vorsten, cruciaal voor het bieden van steun, erkenning en kansen aan kunstenaars als Shakespeare in zijn tijd. Dit systeem hielp bij het bevorderen van een levendige artistieke en literaire scène in het Elizabethaanse en Jacobijnse Engeland.