Anon: Spoedig; onmiddellijk.
Apace: Snel; snel.
Beshrew: Een milde vloek, die ergernis of minachting uitdrukt.
Maar: Behalve; alleen.
Caitiff: Een ellendeling; een slechterik.
Zeker: Zeker; echt.
Verwaardigen: Denk eens aan iets dat uw aandacht of inspanning waard is.
Voor alle duidelijkheid: Echt; inderdaad.
Luister: Luisteren; Let op.
Vandaar: Vanaf deze plek; weg.
Vakantie: Een uiting van genegenheid, vaak ironisch gebruikt.
In alle eerlijkheid: In waarheid; echt.
Lament: Express verdriet of verdriet over iets.
Maugre: Ondanks; ondanks.
Ik denk: Het lijkt mij; Ik denk.
Misschien: Misschien; mogelijk.
Prithee: Een samentrekking van 'bid u', gebruikt als een beleefd verzoek.
Sirrah: Een aanspreektitel die wordt gebruikt voor een man met een lagere sociale status.
Zacht: Rustig; teder.
Jij: Het voornaamwoord in de tweede persoon enkelvoud, gebruikt als onderwerp van een werkwoord.
Uw: Het bezittelijk voornaamwoord in de tweede persoon enkelvoud.
Voorwaar: Echt; zeker.
Daarom: Waarom; om welke reden.
Jij: Daar; daarginds.