1. Expositie:De expositie introduceert de belangrijkste thema's van de beweging. Het begint met de presentatie van het eerste thema, meestal in de grondtoon. Dit wordt gevolgd door een overgang die moduleert naar de dominante toonsoort, waar het tweede thema wordt gepresenteerd. De expositie eindigt met een slotgedeelte dat elementen van het eerste thema terugbrengt en de dominante toonsoort vastlegt.
2. Ontwikkeling:In het ontwikkelingsgedeelte onderzoekt en ontwikkelt de componist de thema's die in de expositie worden geïntroduceerd. Deze sectie wordt gekenmerkt door frequente modulaties, contrasterende dynamiek en thematische variaties. De ontwikkeling bouwt spanning op en leidt tot de recapitulatie.
3. Recapitulatie:De recapitulatie is een herformulering van de thema's uit de expositie, maar dit keer in de tonische toonsoort. Het eerste thema wordt opnieuw gepresenteerd in de tonica, gevolgd door een overgang die leidt naar het tweede thema, dat ook in de tonica zit. De recapitulatie wordt afgesloten met een coda, die een definitieve afsluiting van de beweging vormt.