Producenten :
- Planten die zijn aangepast aan droge omgevingen, zoals cactussen, vetplanten en woestijnstruiken.
- Korstmossen en mossen die kunnen overleven in droge omstandigheden.
- Sommige soorten algen die groeien in woestijngronden of waterlichamen.
Consumenten :
- Insecten en geleedpotigen, zoals mieren, kevers, spinnen en schorpioenen.
- Reptielen, inclusief slangen en hagedissen.
- Vogels die zijn aangepast aan woestijnomgevingen, zoals gieren, haviken en raven.
- Zoogdieren die woestijnomstandigheden kunnen verdragen, waaronder kamelen, gazellen en woestijnvossen.
De relaties tussen producenten en consumenten in een woestijnecosysteem worden beïnvloed door de beschikbaarheid van water en hulpbronnen, die schaars en onvoorspelbaar kunnen zijn. Aanpassingen aan deze omstandigheden, zoals waterbesparende mechanismen, hittetolerantie en nachtelijke activiteitspatronen, zijn cruciaal om te overleven in deze uitdagende omgeving.