1. Klankbord:Het klankbord is het belangrijkste vibrerende onderdeel van de gitaar en is verantwoordelijk voor het produceren van het grootste deel van het geluid. Het is meestal gemaakt van dun, lichtgewicht hout, zoals sparren- of cederhout. Het klankbord is aan het bovenblad van de gitaar bevestigd en is verstevigd met een reeks steunen om het te ondersteunen en de vibratie te verbeteren.
2. Beugels:Beugels zijn kleine houten balken of stutten die aan de binnenkant van de zangbodem worden gelijmd. Ze helpen de zangbodem te versterken en de trillingen gelijkmatig te verdelen, waardoor wordt voorkomen dat deze onder de druk van de snaren bezwijkt. Het patroon en de plaatsing van de beugels kunnen variëren, afhankelijk van het ontwerp en de constructiestijl van de gitaar.
3. Achterkant:De achterkant van de gitaar is ook gemaakt van dun hout, meestal mahonie of palissanderhout. Het wordt aan de zijkanten van de gitaar bevestigd en helpt de algehele vorm en resonantie van de gitaar te creëren. Ook de achterkant draagt bij aan de klank van de gitaar, zij het in mindere mate dan de zangbodem.
4. Zijkanten:De zijkanten van de gitaar verbinden de achterkant en het klankbord met elkaar. Ze zijn meestal gemaakt van hetzelfde hout als de achterkant, en hun vorm en diepte dragen bij aan de algehele grootte, toon en balans van de gitaar.
5. Hals:De nek is het lange, smalle verlengstuk dat zich uitstrekt van de body van de gitaar naar de kop. Het is meestal gemaakt van sterk hardhout, zoals esdoorn of mahonie. In de hals bevinden zich de frets van de gitaar, dit zijn kleine metalen staafjes die de hals in secties verdelen en de toonhoogte van de snaren bepalen.
6. Kop:De kop is het deel van de gitaar aan het uiteinde van de nek. Het bevat de stemknoppen, die worden gebruikt om de spanning van de snaren aan te passen en ze op stemming te houden. Op de kop staat vaak ook het logo of de merknaam van de gitaar.
7. Brug:De brug is een klein onderdeel dat zich op de zangbodem van de gitaar bevindt, vlakbij de onderkant van de snaren. Het is de plek waar de snaren verankerd zijn en mee trillen, waardoor hun trillingen worden overgebracht naar de zangbodem. De brug helpt ook bij het aanpassen van de snaarhoogte (actie) en intonatie.
8. Klankgat:Het klankgat is een opening in de zangbodem van de gitaar. Het zorgt ervoor dat de geluidsgolven die door de trillende snaren worden gegenereerd, kunnen ontsnappen en naar buiten kunnen projecteren, waardoor de karakteristieke toon en het volume van de gitaar ontstaan.