Maraca's: Dit zijn draagbare rammelaars die in heel Latijns-Amerika gebruikelijk zijn. Ze zijn gemaakt van kalebassen die gevuld zijn met zaden of kleine steentjes en worden bespeeld door ze te schudden om een ritmisch geluid te produceren.
Conga's: Dit zijn grote, eenbladige drums die met de handen worden bespeeld. Ze worden vaak gebruikt in Afro-Cubaanse en andere Caribische muziek, en ze zijn er in verschillende maten om verschillende toonhoogtes te produceren.
Timbales: Dit zijn een set gestemde drums die op een standaard zijn gemonteerd. Ze worden gespeeld met stokken en worden vaak gebruikt in Afro-Cubaanse en andere Caribische muziek.
Güiro: Dit is een percussie-instrument dat is gemaakt van een gekerfde kalebas. Het wordt gespeeld door een stok langs de inkepingen te schrapen om een ritmisch geluid te produceren.
Charango: Dit is een klein snaarinstrument dat populair is in de Andesregio van Zuid-Amerika. Het lijkt op een gitaar, maar heeft een kleinere body en is anders gestemd.
Panfluit: Dit is een blaasinstrument dat is gemaakt van een reeks pijpen die in een schaalverdeling zijn gerangschikt. Het wordt gespeeld door over de pijpen te blazen om een melodieus geluid te produceren.
Quena: Dit is een fluit die uit één stuk bamboe is gemaakt. Het wordt gespeeld door in het ene uiteinde van de fluit te blazen om een melodieus geluid te produceren.
Zampoña: Dit is een panfluit die is gemaakt van een reeks bamboepijpen die in elkaar zijn gebundeld. Het wordt gespeeld door over de pijpen te blazen om een melodieus geluid te produceren.
Cajón: Dit is een doosvormig percussie-instrument dat populair is in de Afro-Peruaanse muziek. Het wordt gespeeld door op de doos te zitten en met de handen of met een stok op het voorpaneel te slaan.
Dit zijn slechts enkele voorbeelden van enkele van de vele traditionele muziekinstrumenten die in Latijns-Amerika worden gebruikt. De muziek van Latijns-Amerika is ongelooflijk divers en weerspiegelt het rijke culturele erfgoed van de regio.