Dit is het eenvoudigste ritmische patroon, bestaande uit een reeks afzonderlijke noten die achter elkaar worden gespeeld. Het ritme kan worden gevarieerd door de snelheid waarmee de noten worden gespeeld te veranderen, of door rusten tussen de noten toe te voegen.
2. Akkoorden
Een akkoord is een groep noten die tegelijkertijd worden gespeeld. Akkoorden kunnen worden gebruikt om een verscheidenheid aan verschillende ritmische patronen te creëren, afhankelijk van hoe ze worden gespeeld. Een akkoord kan bijvoorbeeld als één geheel worden gespeeld, of kan worden opgedeeld in afzonderlijke noten.
3. Arpeggio's
Een arpeggio is een gebroken akkoord, waarbij de noten na elkaar worden gespeeld in plaats van tegelijkertijd. Arpeggio's kunnen worden gebruikt om een vloeiend, lyrisch geluid te creëren, of ze kunnen worden gebruikt om spanning en beweging aan een muziekstuk toe te voegen.
4. Weegschalen
Een toonladder is een reeks noten, gerangschikt in volgorde van toonhoogte. Toonladders kunnen op verschillende manieren worden gespeeld, waaronder oplopend, aflopend en in verschillende patronen. Schalen kunnen worden gebruikt om een gevoel van beweging of progressie in een muziekstuk te creëren.
5. Ostinatos
Een ostinato is een herhaalde muzikale frase of patroon. Ostinatos kunnen worden gebruikt om een gevoel van herhaling of gedrevenheid te creëren, of ze kunnen worden gebruikt om een achtergrondtextuur aan een muziekstuk toe te voegen.