>(Zoals opgenomen op het album The Great American Novel)
In een land van vrede aan een rustig meer,
Eulipions wonen, geen zorg maakt.
Door de rustige dagen glijden ze,
Geen zorgen of strijd verbergen hun geest.
In een serene terugtocht zoeken en vinden ze,
Een leven met een doel en een rustige geest.
In groene weiden staan hun tenten uitgespreid,
Eulipions verzamelen zich, hun vrede wordt verspreid.
Met fluiten en zang hun geest vrij,
Eulipions dansen in harmonie.
Hun melodieën stijgen op om de lucht te vullen,
Een symfonie puur, zonder wanhoop.
Met liefde als de wet die hen allen leidt,
Eulipions leven, er vallen geen schaduwen.
In vreedzame overeenstemming zij aan zij,
Eulipions verenigd, hun liefde vertrouwen ze toe.
In het heilige bos waar stilte wacht,
Eulipions verzamelen zich terwijl de schemering zich afscheidt.
Ze zingen en bidden tot het goddelijke,
Hun harten verheven, hun geest straalt.
En terwijl de zon op een andere dag ondergaat,
Eulipions rusten op een rustige manier.
Hun zielen verstrengeld, hun essentie puur,
Eulipions omarmen de nacht sereen en veilig.
Ze leven de symfonie van het leven met gratie,
In een wereld van vrede vinden ze hun plek.
Eulipions waar een licht zo helder,
Hun nalatenschap blijft bestaan, een hemels licht.