Beneden op First Avenue woonden twee meisjes
Laverne en Shirley deelden dezelfde droom
Om op een dag rijk te worden en een ster te worden
Ze leven op zichzelf en geven nooit toe
(Koor)
Ze wisten dat ze het konden redden,
als ze maar bij elkaar bleven
Ze waren als zussen,
door dik en dun
(Vers 2)
Laverne was een beetje luid en kwam vaak in de problemen
Maar Shirley stond altijd voor haar klaar, met haar zachte en tedere aanraking
Werken in een restaurant, dag in dag uit
Hun geld sparen, hun weg vinden
(Koor)
Ze wisten dat ze het konden redden,
als ze maar bij elkaar bleven
Ze waren als zussen,
door dik en dun
(Vers 3)
In hun kelderappartement lachten en huilden ze
Hun geheimen en dromen delen onder de neonlichten
De wereld daarbuiten veranderde, maar ze hielden stand
Bij elkaar bleven ze, ondanks alles
(Koor)
Ze wisten dat ze het konden redden,
als ze maar bij elkaar bleven
Ze waren als zussen,
door dik en dun
(Brug)
O Laverne en Shirley,
Je vriendschap zal nooit vervagen
De lach die je deelde en de tranen die je vergoot
Zal voor altijd in mijn hoofd zitten
(Koor)
Ze wisten dat ze het konden redden,
als ze maar bij elkaar bleven
Ze waren als zussen,
door dik en dun