Sleutelelementen van tonaliteit zijn onder meer:
>1.Tonic :Het centrale tooncentrum waar de muziek om draait. Het geeft een gevoel van stabiliteit en resolutie.
>2.Sleutel :Een systeem van tonen georganiseerd rond een tonica, bestaande uit een reeks majeur- en mineurakkoorden met specifieke relaties.
>3.Akkoordprogressies :De reeksen akkoorden die naar en van de grondtoon bewegen, waardoor een gevoel van spanning en ontspanning ontstaat.
>4.Cadensen :Akkoordprogressies die een gevoel van afsluiting of oplossing bieden, zoals authentieke cadensen (V-I) of plagal cadensen (IV-I).
>5.Modulatie :De tijdelijke verschuiving van het ene tooncentrum naar het andere, waardoor variatie en contrast aan de muziek wordt toegevoegd.
>6.Schaal graden :De zeven noten van een majeur- of mineurtoonladder, elk met zijn eigen functie en relatie tot de tonica.
>7.Leidende toon :De zevende schaalgraad, die sterk naar de tonica leidt en een gevoel van anticipatie en vastberadenheid creëert.
Tonaliteit creëert een gevoel van samenhang en organisatie binnen een muzikale compositie, waardoor componisten specifieke emoties kunnen oproepen, spanning kunnen creëren en loslaten, en muzikale vorm en structuur kunnen creëren. Het biedt een raamwerk voor improvisatie, analyse en begrip van de historische context van westerse muziek.