De tuin:
- Ook bekend als de grondbewoners of het stagedeelte
- Gelegen op de openluchtbinnenplaats van het theater
- Was het goedkoopste gedeelte van het theater en was doorgaans gevuld met arme mensen, handelaars en leerlingen
- Bezoekers stonden de hele voorstelling op de binnenplaats, tenzij ze ervoor kozen om op de trappen te zitten die naar de galerijen leidden
- Was meer blootgesteld aan de elementen, zoals regen of wind
De put:
- Gelegen nabij het podium aan de voorzijde van het theater
- Was ook staruimte, maar stond iets boven het erf en was daardoor duurder
- Werd de put genoemd omdat er vaak regenwater en modder in ophoopten, waardoor het een nogal ongemakkelijke plek was om te staan
- Werd ook bezocht door armere mensen, maar er was een grotere kans dat toeschouwers werden geslagen met rekwisieten of bespuugd door acteurs op het podium
- Was niet overdekt, vergelijkbaar met de tuin, en dus werd het publiek in de put ook blootgesteld aan de elementen