1. Het vreemde gedrag van Hamlet:Gertrud heeft het over het ongewone en vreemde gedrag van Hamlet. Dit specifieke incident vindt plaats na Hamlet's ontmoeting met de Geest, waar hij gestoord leek en cryptische woorden tegen Ophelia sprak, waardoor ze in de war raakte.
2. "Kijk naar de vacature":deze zinsnede suggereert dat Hamlet naar niets in het bijzonder staart, bijna alsof hij in gedachten verzonken is of niet verbonden is met zijn omgeving. Hij lijkt verzonken in zijn eigen gedachten of gefixeerd op iets ongeziens, dat voor anderen leeg of leeg lijkt.
3. 'Onlichamelijk luchtinhoud-discours':deze regel geeft aan dat Hamlet lijkt te praten of spreken met een denkbeeldige aanwezigheid, een 'onlichamelijke sfeer'. Dit zou kunnen verwijzen naar Hamlets gesprekken met de Geest van zijn vader, die anderen niet kunnen waarnemen of horen, waardoor het lijkt alsof hij tegen zichzelf praat.
4. Bezorgde toon:Gertruds woorden dragen een toon van bezorgdheid en zorgen, die haar bezorgdheid over de mentale en emotionele toestand van Hamlet weerspiegelen. Ze probeert zijn gedrag te begrijpen en uit haar verdriet over zijn grillige daden.
5. Voorafschaduwing:Gertruds observaties over het gedrag van Hamlet bieden een kijkje in zijn verslechterende mentale toestand en duiden op de verdere tragische gebeurtenissen die zich ontvouwen naarmate het stuk vordert.