In het toneelstuk "The Crucible" is John Proctor een prominente burger van Salem die verwikkeld raakt in hekserijprocessen. Hij probeert aanvankelijk uit de hysterie te blijven, maar wordt uiteindelijk gedwongen de confrontatie aan te gaan wanneer zijn vrouw, Elizabeth, wordt beschuldigd.
Gedurende het hele stuk worstelt Proctor met het behouden van zijn integriteit ondanks de overweldigende druk. Hij wordt verscheurd tussen zijn liefde voor Elizabeth en zijn verlangen om de onschuldigen te beschermen. Hij worstelt ook met zijn eigen schuldgevoel over zijn affaire met Abigail Williams, wat heeft geleid tot de beschuldigingen tegen Elizabeth.
Uiteindelijk kan Proctor verlossing vinden door zijn zonden te belijden en op te komen voor datgene waarin hij gelooft. Hij wordt geëxecuteerd voor zijn misdaden, maar zijn dood dient als katalysator voor het einde van de heksenprocessen.
De wet schrijven
In het stuk speelt John Proctor ook een rol bij het schrijven van de wet. Hij is lid van de rechtbank die verantwoordelijk is voor de berechting van de beschuldigde heksen. Proctor aarzelt aanvankelijk om deel te nemen aan de processen, maar voelt zich uiteindelijk gedwongen dit te doen om de onschuldigen te beschermen.
De rol van Proctor bij het schrijven van de wet is belangrijk omdat het laat zien hoe het rechtssysteem kan worden gebruikt om onschuldigen zowel te beschermen als te onderdrukken. In dit geval wordt de wet gebruikt om mensen te vervolgen die onschuldig zijn aan welk misdrijf dan ook. De deelname van Proctor aan de processen laat echter ook zien hoe de wet kan worden gebruikt om onschuldigen te beschermen. Door op te komen voor de verdachten kan Proctor helpen de onrechtvaardigheid van de processen aan het licht te brengen en er uiteindelijk een einde aan te maken.