Phoebe speelt een belangrijke rol in de roman als symbool van Holdens onschuld en kinderlijke kwaliteiten. Ze is een constante herinnering aan de wereld die hij achterlaat terwijl hij dieper de volwassenheid in reist. Phoebe vertegenwoordigt ook Holdens hoop voor de toekomst, en haar vertrouwen in hem helpt hem de kracht te geven om door te gaan, zelfs als de zaken er somber uitzien.
Phoebe's karakter staat centraal in de thema's van vervreemding, identiteit en de zoektocht naar betekenis in de roman. Haar onschuld en optimisme vormen een contrapunt voor Holdens cynisme en wanhoop, en haar aanwezigheid helpt Holden uiteindelijk een manier te vinden om opnieuw verbinding te maken met de wereld om hem heen.