1. Jago zegt spottend tegen Roderigo:'Je hebt me verteld dat je hem in je haat hield.' Dit is ironisch omdat Roderigo wraak wil nemen op Othello via de manipulatie van Iago.
2. Othello zegt tegen Desdemona:‘Als het nu zou sterven,
Ik zou nu heel gelukkig zijn; want ik vrees,
Mijn ziel heeft haar inhoud zo absoluut
Dat is niet nog een troost als deze
Slaagt in een onbekend lot." Othello suggereert dat hij nooit een groter geluk zou kunnen bereiken dan met Desdemona, maar het publiek weet dat deze gelukzaligheid niet zal duren vanwege de sinistere plannen van Iago.