* Om humor te creëren. Woordspelingen kunnen een bron van gelach zijn, en Shakespeare gebruikt ze om de sfeer van zijn toneelstukken te verlichten. In Romeo en Julia maakt Mercutio bijvoorbeeld een woordspeling als hij zegt:'Praat over mij als over een schunnige schunnige mand.' Deze woordspeling op het woord 'mand' is een woordspeling die humor creëert en een beetje lichtzinnigheid aan de scène toevoegt.
* Om diepte en betekenis toe te voegen. Woordspelingen kunnen ook worden gebruikt om een diepere betekenis en symboliek te creëren. In Hamlet is de zinsnede 'To be or not to be' bijvoorbeeld een woordspeling op het woord 'to be'. Deze woordspeling kan op een aantal manieren worden geïnterpreteerd en draagt bij aan de verkenning van thema's als leven en dood in het stuk.
* Om woordspelingen en beelden te creëren. Woordspelingen kunnen worden gebruikt om woordspelingen en beelden te creëren, die schoonheid en complexiteit aan een tekst kunnen toevoegen. In Macbeth is de uitdrukking 'de melk van menselijke vriendelijkheid' bijvoorbeeld een woordspeling op het woord 'melk'. Deze woordspeling creëert een levendig beeld van het menselijk lichaam en suggereert het idee dat de menselijke natuur zowel goed als slecht is.
* Om te verwijzen naar andere literaire werken en populaire cultuur. Woordspelingen kunnen worden gebruikt om te verwijzen naar andere literaire en populaire cultuurwerken, waardoor diepte en context aan een tekst kunnen worden toegevoegd. In The Taming of the Shrew citeert Petruchio bijvoorbeeld uit de Metamorphoses van Ovidius, wat een laag van betekenis en intertekstualiteit aan het stuk toevoegt.
Over het geheel genomen is Shakespeares gebruik van woordspelingen een bewijs van zijn beheersing van de taal en zijn vermogen om deze op verschillende manieren te gebruiken om humor, betekenis en beelden te creëren.