De eerste Griekse tragedies werden in de 6e eeuw voor Christus in Athene opgevoerd. Ze maakten aanvankelijk deel uit van religieuze ceremonies, maar werden geleidelijk meer seculier van aard. Griekse tragedies onderzochten vaak thema's als menselijk lijden, het lot en de gevolgen van menselijk handelen. Ze speelden complexe karakters en gebruikten poëtische taal, muziek en dans om een krachtige en emotionele ervaring voor het publiek te creëren.
Enkele van de beroemdste Griekse tragedieschrijvers zijn Aeschylus, Sophocles en Euripides. Hun werken bepaalden de standaard voor tragisch drama en beïnvloedden latere toneelschrijvers en theatrale tradities. Griekse tragedies worden vandaag de dag nog steeds opgevoerd en bestudeerd als krachtige voorbeelden van dramatische kunst en menselijke verhalen.