- Ver weg van zijn familie: John wordt aanvankelijk afgeschilderd als ver verwijderd van zijn vrouw, Elizabeth. Hij is emotioneel gereserveerd en hun huwelijk staat onder druk.
- Morele ambivalentie: Het morele kompas van John is dubbelzinnig. Hoewel hij wordt beschouwd als een oprechte burger, heeft hij een affaire gehad met Abigail Williams, wat zijn rol in de heksenprocessen in Salem bemoeilijkt.
- Geplaagd door schuldgevoel: John wordt achtervolgd door schuldgevoelens over zijn daden uit het verleden, vooral zijn affaire, en dit interne conflict draagt bij aan zijn complexe karakter.
- Gerespecteerd maar gebrekkig: Hoewel hij gerespecteerd wordt in de gemeenschap, maken de tekortkomingen van John, zoals zijn affaire en trots, hem tot een herkenbaarder en menselijker figuur.
Aan het einde van het spel:
- Morele groei: John ondergaat tijdens het stuk een aanzienlijke morele groei. Hij evolueert van een gebrekkige maar gerespecteerde burger naar een man met principes en moed.
- Toewijding aan de waarheid: Johns toewijding aan de waarheid wordt duidelijk als hij opkomt tegen Abigail en de valse beschuldigingen van hekserij, zelfs met gevaar voor zijn eigen leven.
- Bereidheid om op te offeren: In zijn laatste daad kiest John ervoor om opgehangen te worden in plaats van valselijk zijn hekserij te bekennen, een beslissing die zijn kracht en integriteit aantoont.
- Symbool van moed: John's bereidheid om de dood onder ogen te zien in plaats van zijn principes in gevaar te brengen, verandert hem in een symbool van moed en gerechtigheid tegenover onrecht.
Tegen het einde van het stuk komt John Proctor naar voren als een robuuster en moreel ontwikkeld personage. Zijn reis van morele ambivalentie naar zelfopoffering verstevigt zijn positie als centrale figuur die de thema's eerlijkheid, integriteit en het streven naar gerechtigheid vertegenwoordigt in een samenleving die wordt geplaagd door angst, bijgeloof en manipulatie.