* Geeft doorgaans de ondergang van de hoofdpersoon weer
* Oorzaken zijn onder meer:lot, karakterfout, tegenkracht
* Focus op lijden, catharsis, menselijk potentieel
* Thema's:Dood, gerechtigheid, macht, moraliteit
Komedie
* Onderzoekt humoristische aspecten van de menselijke natuur
* Vaak:satire, slapstick, geestige dialogen
* Thema's:liefde, huwelijk, familie, klasse, identiteit
Tragikomedie
* Combineert elementen van tragedie en komedie
* Presenteert serieuze problemen op humoristische wijze
* Thema's:inconsistenties van het leven, menselijke veerkracht
Melodrama
* Richt zich op verhoogde emoties, sensationele gebeurtenissen
* Gebruikt overdreven situaties, karakters
* Thema's:goed versus kwaad, liefde overwint alles
Farce
* Benadrukt fysieke humor, onwaarschijnlijke situaties
* Vertrouwt vaak op slapstick, woordspelingen
* Thema's:Absurditeit van menselijk gedrag
Satire
* Bekritiseert de samenleving en het menselijk gedrag door middel van humor
* Maakt gebruik van sarcasme, ironie en overdrijving
* Thema's:sociale kwesties, politieke corruptie
Historisch drama
* Speelt zich af in het verleden en toont historische gebeurtenissen en figuren
* Streeft ernaar om de geschiedenis nauwkeurig na te bootsen
* Thema's:historische gebeurtenissen, lessen, waarden
Hedendaags drama
* Speelt zich af in het heden en onderzoekt actuele sociale kwesties
* Vaak realistische, levensechte weergave
* Thema's:het moderne leven, relaties, culturele kwesties