Het verhaal van 'Summertime' begint in het begin van de jaren dertig, toen Gershwin aan zijn opera 'Porgy and Bess' werkte. De opera speelt zich af in Charleston, South Carolina, en Gershwin wilde de essentie van de cultuur en muziek van de stad vastleggen. Hij bracht tijd door in Charleston, waar hij traditionele volksliederen en spirituals opnam. Hij bestudeerde ook de muziek van het Gullah-volk, afstammelingen van tot slaaf gemaakte Afrikanen die naar de Verenigde Staten waren gebracht.
Gershwin werd vooral geïnspireerd door een slaapliedje dat hij hoorde zingen door een Gullah-vrouw. Hij paste de melodie en de tekst aan tot een nieuw nummer, dat hij 'Summertime' noemde. Het nummer werd een van de meest populaire en duurzame nummers van "Porgy and Bess." Het is door de jaren heen door veel artiesten opgenomen, waaronder Louis Armstrong, Ella Fitzgerald en Miles Davis.
"Summertime" is een langzaam en bluesachtig nummer dat een gevoel van nostalgie en verlangen oproept. De teksten beschrijven de schoonheid van een zomerdag en de vreugde van het doorbrengen van tijd met dierbaren. Het lied heeft een universele aantrekkingskracht die tijd en cultuur overstijgt, en mensen over de hele wereld blijven ervan genieten.