1. Metafoor:
- "*De hele wereld is een podium,*
*En alle mannen en vrouwen zijn slechts spelers;*
*Ze hebben hun uitgangen en ingangen,*
*En één man in zijn tijd speelt vele rollen.*"
2. Personificatie:
- "*Kindertijd, miauwen en kotsen in de armen van de verpleegster.*"
- "*En dan de zeurende schooljongen, met zijn schooltas*
*En een stralend ochtendgezicht, kruipend als een slak*
*Onwillig naar school.*"
3. Vergelijkbaar:
- "*Dan een minnaar,*
*Zuchtend als een oven, met een treurige ballad*"
- "*Dan een soldaat,*
*Vol vreemde eden, en gebaard als de pard,*
*Jaloers op eer, plotseling en snel in ruzie*
*Op zoek naar de bubbelreputatie*
*Zelfs in de mond van het kanon.*"
4. Alliteratie:
- "*Miauwen en kotsen*"
- "*Zeurende schooljongen*"
- "*Zuchtend als een oven*"
5. Antithese:
- "*In eerste instantie het kind*
*Miauwen en kotsen in de armen van de verpleegster.*
*En dan de zeurende schooljongen, met zijn schooltas*
*En een stralend ochtendgezicht, kruipend als een slak*
*Onwillig naar school.*"
6. Parallellisme:
- "*Dan een minnaar,*
*Zuchtend als een oven, met een treurige ballad*"
- "*Dan een soldaat,*
*Vol vreemde eden, en gebaard als de pard,*
*Jaloers op eer, plotseling en snel in ruzie*
*Op zoek naar de bubbelreputatie*
*Zelfs in de mond van het kanon.*"
7. Retorische vragen:
- "*Als hij zelf zijn stilte zou kunnen maken*
*Met een blote bodkin? wie zou fardels verdragen,*
*Om te grommen en te zweten onder een vermoeid leven,*
*Maar dat de angst voor iets na de dood,*
*Het onontdekte land, van wiens oorsprong*
*Geen enkele reiziger keert terug, brengt de wil in verwarring*
*En laat ons liever de kwalen die we hebben verdragen*
*Dan naar anderen vliegen waar we niets van weten?"*
8. Hyperbool:
- "*Met een blote bodkin? Wie zou Fardels verdragen,*
*Om te grommen en te zweten onder een vermoeid leven,*"
- "*Dan naar anderen vliegen waarvan we niets weten?"*
9. Ironie:
- "*Dan een minnaar,*
*Zuchtend als een oven, met een treurige ballad*" (De minnaar is niet echt gelukkig, maar doet alsof)
- "*En dan de gerechtigheid,*
*In een mooie ronde buik met een goede kapoenvoering*" (De gerechtigheid wordt verondersteld onpartijdig te zijn, maar hij is bevooroordeeld vanwege zijn hebzucht en gulzigheid)
10. Oxymoron:
- "*Vermoeid leven*" (Het leven wordt meestal niet geassocieerd met vermoeidheid, maar hier is het dan)
- "*Onontdekt land*" (Een land dat onontdekt is, is niet echt een land)