1. Het oude Griekenland:De vroegste formele theaters ontstonden in het oude Griekenland in de 5e eeuw voor Christus. Het Griekse theater was nauw verbonden met religieuze festivals, met name de aanbidding van Dionysus, de god van de wijn en de vruchtbaarheid. Amfitheaters werden gebouwd met een cirkelvormige of halfronde opstelling van zitplaatsen rondom een centrale speelruimte. Het legde de basis voor dramatische vormen zoals tragedie en komedie.
2. Romeinse Rijk:De Romeinen namen de Griekse theatertraditie over en breidden deze uit, door grotere en uitgebreidere amfitheaters te bouwen. Ze introduceerden het concept van permanente theatergebouwen en ontwikkelden ingewikkelde toneelmachines en speciale effecten. Romeinse theaters werden niet alleen gebruikt voor toneelstukken, maar ook voor gladiatorenwedstrijden en andere openbare spektakels.
3. Middeleeuws theater:Tijdens de Middeleeuwen nam theater verschillende vormen aan. Religieuze toneelstukken die bekend staan als mysteriecycli en moraliteitsspelen werden opgevoerd op kerkhoven, stadspleinen en gildehuizen. Deze toneelstukken presenteerden bijbelverhalen, religieuze gelijkenissen en morele lessen.
4. Renaissancetheater:In de renaissanceperiode was er een heropleving van de belangstelling voor klassiek Grieks en Romeins theater. Geleerden bestudeerden oude teksten en brachten oude toneelstukken nieuw leven in, wat uiteindelijk leidde tot de ontwikkeling van modern theater. In Italië ontstond de commedia dell'arte, een vorm van geïmproviseerd theater die acteurs en schrijvers in heel Europa beïnvloedde.
5. Elizabethan Theatre:In Engeland tijdens het Elizabethaanse tijdperk (16e eeuw) bloeide het theater met de oprichting van permanente schouwburgen zoals The Globe Theatre. Toneelschrijvers als William Shakespeare schreven toneelstukken die het potentieel van theater lieten zien als medium voor zowel entertainment als filosofische verkenning.
6. Modern theater:Theater bleef zich in de moderne tijd ontwikkelen, met de opkomst van nieuwe vormen zoals experimenteel theater, absurdistisch drama en muziektheater. Innovaties op het gebied van licht, geluid en toneelkunst, evenals doorbraken in regie- en acteertechnieken, hebben bijgedragen aan de voortdurende ontwikkeling van theater als een dynamische en veelzijdige kunstvorm.
Daarom moeten het concept en de ontwikkeling van theater, in plaats van het aan één enkele uitvinder toe te schrijven, worden gezien als een collectieve inspanning die eeuwen en culturen omvat, met belangrijke bijdragen van verschillende beschavingen en kunstenaars door de geschiedenis heen.