* We moeten het land heiligen door het te ontdoen van zijn vervuiling.
* De priester gebruikte olie om het altaar te heiligen.
* De predikant probeerde met zijn preek de harten van de gemeente te heiligen.
* Het eeuwenoude ritueel heiligde het graf voordat de begrafenis begon.
* De heilige Schrift heiligde de grond waarop we stonden.