* Stickbal: Dit spel werd gespeeld door twee teams, die met stokken een balletje van hout of leer sloegen. Het doel van het spel was om punten te scoren door de bal door het doel van het andere team te slaan.
* Sneeuwslang: Dit spel werd in de winter gespeeld en bestond uit het schuiven van een lang, dun voorwerp van hout of bot over het ijs. Het doel van het spel was om de slang zo ver mogelijk te laten glijden.
* Voetzak: Dit spel werd gespeeld met een klein, met bonen gevuld zakje, dat tussen de spelers heen en weer werd geschopt. Het doel van het spel was om de zak zo lang mogelijk in de lucht te houden.
* Hoepels: Dit spel werd gespeeld met een houten hoepel en een stok. Het doel van het spel was om de hoepel met de stok te rollen en deze zo lang mogelijk te laten rollen.
* Glanzend: Dit spel werd op ijs gespeeld en omvatte het gebruik van stokken om een puck van hout of leer te raken. Het doel van het spel was om doelpunten te maken door de puck in het net van het andere team te slaan.