* Eersteklas hutten: De eersteklas hutten waren de meest luxueuze op het schip. Ze waren ingericht in verschillende stijlen, waaronder Lodewijk XVI, Georgisch en Art Nouveau. De hutten waren voorzien van mahoniehouten meubels, zijden tapijten en kristallen kroonluchters.
* Tweedeklas hutten: Ook de tweedeklashutten waren goed ingericht, maar niet zo luxe als de eersteklashutten. Ze waren eenvoudiger ingericht, met eikenhouten meubels en linoleumvloeren.
* Derdeklashutten: De derdeklashutten waren de meest eenvoudige op het schip. Ze waren klein en krap, en voorzien van eenvoudige houten stapelbedden en matrassen.
Naast de hutten beschikte de Titanic ook over een aantal openbare ruimtes, die in verschillende stijlen waren ingericht.
* De grote eetzaal: De Grand Dining Saloon was de grootste kamer op het schip. Het was ingericht in Lodewijk XVI-stijl, met mahoniehouten lambrisering, kristallen kroonluchters en zijden tapijten.
* De rookkamer: De Rookkamer was een populaire ontmoetingsplaats voor mannelijke passagiers. Het was ingericht in Georgische stijl, met eikenhouten lambrisering, leren fauteuils en een grote open haard.
* De bibliotheek: De bibliotheek was een rustige plek waar passagiers konden ontspannen en lezen. Het was ingericht in art-nouveaustijl, met mahoniehouten boekenkasten, glas-in-loodramen en een grote open haard.
De Titanic was een prachtig schip en het interieur was een weerspiegeling van de weelde en luxe van het begin van de 20e eeuw.