1. Theater: Theaters werden gesloten en toneelstukken waren over het algemeen verboden. De puriteinen beschouwden theater als een bron van morele corruptie en een afleiding van religieuze toewijding.
2. Dansen: Dansen werd ook ontmoedigd en vaak als zondig beschouwd. Openbare dansen werden verboden, en zelfs privédansen in huizen werd afgekeurd.
3. Sport en spel: Veel sporten en spelen werden ontmoedigd of beperkt. Paardenrennen, gokken en andere vormen van recreatie werden gezien als lichtzinnig en tijdverspilling die aan religieuze bezigheden zou moeten worden besteed.
4. Weeldewetten: Deze wetten regelden persoonlijke versiering en luxeartikelen. Uitgebreide kleding, overmatige sieraden en dure stoffen werden ontmoedigd ten gunste van eenvoud en bescheidenheid.
5. Religieuze vieringen: Strikte naleving van puriteinse religieuze praktijken werd afgedwongen. Regelmatig kerkdiensten bijwonen, de sabbat vieren en zich op zondag onthouden van wereldse activiteiten waren vereist.
6. Censuur: Literatuur, boeken en gedrukt materiaal waren onderworpen aan censuur om de verspreiding van ideeën die als ketters of politiek subversief werden beschouwd, te voorkomen.
Wettelijkheid van de wetten van Cromwell:
De wetten die tijdens het bewind van Cromwell werden aangenomen, werden uitgevaardigd door de regering van het Gemenebest van Engeland. Hoewel de regering van Cromwell niet in de traditionele zin werd gekozen, werd ze door veel landen erkend en bezat ze de macht via militaire en politieke controle. De wettigheid en legitimiteit van deze wetten waren gebaseerd op het gezag van het heersende regime. Het is echter belangrijk op te merken dat het herstel van de monarchie in 1660 leidde tot de intrekking van veel van deze beperkende wetten, en dat het land een heropleving zag van culturele activiteiten zoals theater en dans.