1. Jeugdig en mooi :Juliet wordt afgeschilderd als een jonge en aantrekkelijke vrouw. Als Romeo haar op het Capulet-bal ziet, herkent hij onmiddellijk haar uitzonderlijke schoonheid en noemt hij haar 'de mooiste dame'.
2. Een eerlijke teint :Juliet wordt beschreven als iemand met een eerlijke en delicate huidskleur. Haar huid wordt vaak afgebeeld als wit, onberispelijk en glad.
3. Donker haar :Juliet wordt verondersteld donker haar te hebben. Dit wordt duidelijk in Act 2, Scene 2, wanneer Juliet's verpleegster haar 'jonge minnares van het zwarte haar' noemt.
4. Doordringende ogen :Julia's ogen worden beschreven als doordringend en expressief. Romeo noemt ze "sterren" aan de hemel.
5. Sierlijk en elegant :Juliet gedraagt zich met gratie en elegantie. Haar aanwezigheid wordt omschreven als boeiend en ze trekt de aandacht wanneer ze een kamer binnenkomt.
6. Jeugdige uitstraling :Ondanks dat ze een jongvolwassene is, wordt Juliet soms omschreven als iemand die er jonger uitziet dan haar werkelijke leeftijd. Dit komt tot uiting in de manier waarop Romeo commentaar geeft op haar optreden tijdens hun eerste ontmoeting op het Capulet-bal.
Het is belangrijk op te merken dat de fysieke beschrijvingen in het stuk openstaan voor interpretatie en kunnen variëren op basis van verschillende producties en artistieke visies van de personages.