Hier zijn enkele manieren waarop ze dit deden:
- Kruiden en bloemen :Mensen gebruikten verse of gedroogde kruiden en bloemen zoals lavendel, rozemarijn, munt, kamille en roos om een geurige sfeer te creëren. Ze plaatsten deze in kommen, hingen ze aan het plafond of verspreidden ze door de kamer.
- Wierook :Wierook gemaakt met aromatische harsen, gom en kruiden zoals wierook, mirre en kaneel werd verbrand om een aangename geur vrij te geven.
- Geurende bossen :Het verbranden van bepaalde geurige houtsoorten zoals cederhout, sandelhout en jeneverbes zorgde voor een lekker aroma.
- Pomanders :Pomanders waren decoratieve balletjes gemaakt door kruidnagel of andere kruiden in een sinaasappel, citroen of appel te steken. Deze werden in kamers gehangen of rondgedragen om de lucht te verfrissen.
- Parfum :Mensen gebruikten parfums en geuroliën gemaakt van essentiële oliën en natuurlijke ingrediënten zoals muskus, amber en rozenwater.
- Azijn :Azijn werd vaak gebruikt om de lucht te reinigen en te ontgeuren, vooral in keukens en andere ruimtes met sterke geuren.
- Open vensters :In de warmere maanden openden mensen ramen en deuren om frisse lucht binnen te laten en muffe lucht te verdrijven.
- Fris beddengoed :Schoon, fris gewassen beddengoed voegde een frisse, aangename geur toe aan een kamer.
Het is belangrijk op te merken dat de normen op het gebied van sanitaire voorzieningen en hygiëne in de tijd van Shakespeare behoorlijk verschilden van de moderne normen, en dat openbare ruimtes en besloten ruimtes vaak onaangename geuren konden verspreiden als gevolg van slechte ventilatie en beperkte toegang tot reguliere schoonmaakmethoden.