- Gesis :De meeste slangen sissen. Sissen is een verdedigingsmechanisme dat sommige slangen gebruiken als ze zich bedreigd of gestoord voelen. Het is ook een manier voor slangen om met elkaar te communiceren.
- Stakingen :Slangen slaan toe als ze zich bedreigd voelen of als ze op prooi jagen. Wanneer een slang toeslaat, steekt hij snel zijn kop en nek naar voren en opent zijn mond wijd om de aanvaller te bijten of zijn prooi te vangen.
- spoelen :Slangen rollen hun lichaam vaak op als ze rusten, slapen of zich voorbereiden om toe te slaan. Oprollen helpt slangen hun lichaamstemperatuur te reguleren en energie te besparen.
- Beweegt in een kronkelig patroon :Slangen bewegen zich in een kronkelig patroon vanwege hun unieke lichaamsstructuur en de manier waarop hun spieren werken. Dit zigzagpatroon is ook de reden waarom ze vaak 'slangachtig' worden genoemd.
- Verschillende huid :Slangen werpen periodiek hun huid af naarmate ze groeien en volwassen worden. Dit proces staat bekend als vervelling. Voordat de huid vervelt, wordt de huid van een slang droog en dof, en er kunnen zelfs rimpels of tranen ontstaan. De slang wrijft dan met zijn lichaam tegen ruwe oppervlakken, zoals rotsen of boomtakken, om zijn oude huid af te werpen.
- Regenereert zijn lichaam :Slangen kunnen delen van hun lichaam, zoals staarten, regenereren als ze gewond raken of verloren gaan. Dit proces staat bekend als regeneratie. Regeneratie vindt plaats door nieuw weefsel te vormen uit het resterende deel van het lichaam.
- Slikt prooi in zijn geheel door :De meeste slangen slikken hun prooi in zijn geheel door in plaats van erop te kauwen. Dit komt omdat veel slangen relatief kleine monden hebben en hun prooi niet kunnen kauwen zoals andere dieren. Om hun prooi door te slikken, gebruiken slangen hun uitzetbare kaken en spijsverteringsenzymen om het voedsel af te breken.
- Gebruikt gif :Sommige slangen, ook wel giftige slangen genoemd, gebruiken gif als verdedigingsmechanisme en bij de jacht. Gif is een giftige stof die verlamming, weefselbeschadiging of de dood kan veroorzaken wanneer deze in het lichaam van een dier wordt geïnjecteerd.